De Koppenberg, kuitenbijter van de Vlaamse Ardennen, koning der kasseien uit de Ronde van Vlaanderen. Hij lonkte al naar me vanop andere wandelroutes en vorige week waagde ik me eindelijk aan de klim. Zónder derailleur, mét wandelschoenen welteverstaan. Ik volgde een knooppuntenroute die me naar de beboste flanken van de ‘bult van Melden’ bracht. Perfecte timing, want in de lente is het hier extra bijzonder. Dan toveren duizenden wilde boshyacintjes het gebied om tot een feeërieke paarsblauwe bloemenzee.
De ‘bult van Melden’
Melden is een Oost-Vlaams dorp waar landbouw nog steeds het landschap tekent. In 1971 werd het bij Oudenaarde gevoegd. Het dorp ontstond op een kleine heuvel waar de Schelde ooit haar weg erodeerde. Dergelijke heuvels noemt men ‘getuigenheuvels’ omdat zij getuigen van een geologisch fenomeen uit een heel ver verleden. Wat daar vandaag nog van overblijft in Melden is een ferme bult die oprijst uit de Scheldevallei. Geografisch gezien bestaat de Koppenberg eigenlijk uit twee delen. Het westelijke deel is de Rotelenberg, het oostelijke de Koppenberg. De kasseiweg over de heuvel is vernoemd naar de heuvel, maar gaat in het westen over in Steengat, meteen ook het startpunt van deze knooppuntenwandeling.
Op de Koppenberg vond men, naast sporen van veel oudere bewoning, o.a. een muntschat uit de Romeinse tijd. De steile en hobbelige kasseiweg waarvoor de heuvel in de wielerwereld bekend staat — “de meest explosieve beklimming met de aller-slechtste kasseien in de Vlaamse Ardennen” las ik op Climbfinder.com — is eveneens een Romeins relict. Hij leidt naar de top zo’n 77 meter boven de zeespiegel en het stijgingspercentage maakt hier en daar pieken tot meer dan 20 %.
Dat de Koppenberg al menig wielrenner tot het uiterste dreef, hoeft geen betoog. Maar ook wandelaars smeren best hun kuiten, want deze wandeling van 6,7 km telt maar liefst 168 hoogtemeters. De Koppenberg heeft dan wel een geduchte sportieve reputatie, hij is ook een prachtig natuurgebied met drie bossen waar wandelaars kunnen genieten van rust en natuurlijke schoonheid.
Het Koppenbergbos: stille getuige van WOI
Het Koppenbergbos-Noord, het Koppenbergbos-Zuid en het Onderbos zijn samen goed voor zo’n 36 ha bos. Deze bossen bestaan hoofdzakelijk uit beuken, maar door efficiënt beheer krijgen ook andere soorten een kans. Het dichte beukenbladerdek laat bijvoorbeeld weinig licht door. Om dit te verhelpen voert het Agentschap voor Natuur en Bos er gerichte kappingen en dunningen uit die zorgen voor meer licht en ruimte. Deze aanpak stelt andere boomsoorten zoals eik, es, boskers en haagbeuk in staat om zich te ontwikkelen. Bovendien kan er door het extra licht een waardevolle en gevarieerde struik- en kruidlaag tot stand komen. Ook (al dan niet gevleugelde) fauna weet deze extra lichtinval zeker wel te waarderen.
In het voorjaar bloeien er hier diverse wilde bloemen, waaronder de zogenaamde ‘blauwe kousjes’ die zorgen voor een ongekende bloemenpracht. Zij doen ons bijna vergeten dat het Koppenbergbos tijdens de Eerste Wereldoorlog een belangrijk frontgebied tussen de Duitse en geallieerde troepen was. Het bos lag aan de rand van het slagveld van de Slag om de Schelde en de Slag om de Vlaamse Ardennen en was strategisch belangrijk voor de controle over de Scheldevallei. Restanten van loopgraven en bunkers, maar ook bomkraters herinneren aan de oorlogsgruwel van toen.
In de herfst van 1918 vond er één van de laatste grote veldslagen van de Eerste Wereldoorlog plaats in het Koppenbergbos. De geallieerde troepen probeerden de heuvel te veroveren, maar botsten tegen zware Duitse tegenstand. Tijdens het eindoffensief beschoot de Duitse artillerie vanop de Koppenberg de geallieerden, waardoor bijna het hele bos sneuvelde! Na dagen van hevige gevechten slaagden de geallieerden er uiteindelijk in om de Duitse verdediging te doorbreken en de heuvel te veroveren.
Gelukkig sneuvelden niet álle bomen. In Koppenbergbos-Zuid vind je bijvoorbeeld majestueuze zomereiken met indrukwekkende kruinen en een stamomtrek van om en bij de drie meter op borsthoogte. Deze kanjers zijn minstens 150 jaar, misschien zelfs wel 200 jaar oud. Op de zuidelijke flank staan, als stille statige getuigen, nog een aantal eiken met granaatscherven in hun stam. Aan de voet van het Onderbos ligt een Mariagrot en ertegenover een picknicktafel vanwaar je alles rustig kan contempleren.
Hoge toppen
Hoe de Koppenberg zo lang van mijn wandelradar kon blijven, ik heb er géén verklaring voor. Toen ik op zoek was naar een niet al te lange wandeling die ik nog snel voor het weer zou omslaan kon maken, vond ik deze suggestie op Routen. Met 168 hoogtemeters scheert de route hoge toppen en dat is ook zo in figuurlijke zin. De weg is voor 32 % verhard, maar dat zijn in hoofdzaak steile, vaak holle plattelandswegen. Het grooste deel van de wandeling leg je af via heuvelende paadjes; slechts één keer kom je in de buurt van een drukke verkeersas, dit slechts heel kort. De paden in het bos zijn steil — wat had je verwacht — en kunnen er drassig bijliggen. Hier en daar helpt een trapje met klimmen of bieden enkele houten balkjes wat houvast.
Ik heb natuurlijk wel een zwak voor bossen, maar ook de vergezichten op de Koppenberg wandelroute zijn precies wat je in de Vlaamse Ardennen mag verwachten: adembenemend! De Koppenberg wandelroute mag zeker niet op je wandellijstje ontbreken. Onder de foto’s vind je alle praktische informatie over de wandeling.
Praktisch
Ik kwam op mijn route geen obstakels tegen. Blijf echter steeds alert. Ik kan niet verantwoordelijk gesteld worden voor onvolledige en/of niet accurate routebeschrijvingen. Ik kan in geen geval aansprakelijk gesteld worden voor enig direct of indirect verlies of schade voortkomend of verbonden met het gebruik van deze website. Vind je mijn foto’s mooi? Fijn! Wil je foto’s van mijn blog gebruiken? Vraag dan eerst om toestemming!