Op Allerheiligen belandde ik — alweer, ja — aan de voet van de Vlaamse Ardennen. Ik maakte er een knooppuntenwandeling die me mooie stukjes natuurlijk en cultuurhistorisch erfgoed van de Munkbosbeekvallei liet zien. Ooit was hier de schuilplaats van Jan de Lichte en zijn dievenbende. Ik trad echter niet in de voetsporen van de beruchte bendeleider en ook niet in die van een zekere Gangulphus, al leende die laatste wel zijn naam aan de route die ik volgde. Wie?! In deze post neem ik je mee naar pittoreske dorpjes waar de tijd stil is blijven staan en waar kinderkopjes vaak nog de norm zijn. En natuurlijk vertel ik je wie in godsnaam die Gangulphus is.
1200 jaar Dikkele
De kleinschalige vallei van de Munkbosbeek ligt aan de voet van de Vlaamse Ardennen. Aan de rand van de vallei bevinden zich de dorpjes Paulatem, Beerlegem en Dikkele. Paulatem en Beerlegem bevinden zich op de overgang van de vallei en de hoger gelegen koutergronden. Dikkele bevindt zich dan weer meer in de vallei van de Munkbosbeek.
Dikkele werd voor het eerst vermeld als ‘Decla’ in een charter uit 821 waarin Lodewijk de Vrome de bezittingen van de Sint-Amandsabdij in de toenmalige Brabantgouw (in pago bracbatinse) bevestigde. Met een oppervlakte van 144 hectare en maar een 200-tal inwoners is deze deelgemeente van Zwalm niet alleen één van de mooiste maar ook één van de kleinste gemeenten van Oost-Vlaanderen.
De kleine, van drukke verkeerswegen geïsoleerde dorpskern met gekasseide hoofdstraat (de Brouwerijstraat) werd er in de jaren ’80 van de vorige eeuw volledig beschermd als dorpsgezicht. De Munkbosbeek slingert er nog door het landschap zoals vroeger. Soms eeuwenoude, vaak onverharde buurtwegen verbinden hier de verschillende dorpjes en trakteren je op weidse vergezichten en schijnbaar eindeloze akkers die achter de horizon verdwijnen.
Ik startte de wandeling aan het kerkje in de Brouwerijstraat waar tot 1983 ook een bierbrouwerij gevestigd was. Al snel kwam ik via smalle plattelandsweggetjes terecht in een open kouterlandschap met vruchtbare leemakkers.
Paulatem en Beerlegem
Wat verderop kreeg ik de kerk van Beerlegem en het kasteel Ten Bieze in het vizier. Op de Paulatemstraat verliet ik heel kort de route (zo’n 60 m) om een beter zicht te hebben op het kasteel. Het barokke bouwwerk wordt omgeven door een prachtig park deels in Engelse en deels in Franse stijl, vol oude beuken en eiken. De slotgracht en de vijvers van het domein worden via een systeem van leidingen en sluizen gevoed door de Munkbosbeek en door een dertiental bronnen. Op het voorplein van het kasteel staat een monumentale Libanese cider die volgens de legende door Jan Zonder Vrees werd meegebracht van de laatste kruistocht uit het Heilige Land. Van dat alles krijg je helaas niet veel te zien, alleen van het park in Engelse stijl kan je vanaf hier een glimp opvangen.
Ook aan de kerk van Paulatem maakte ik een kleine omweg (zo’n 100 m naar links aan knooppunt 85) naar de kapel van Onze-Lieve-Vrouw van Lourdes (1876). Veel had ik er niet van verwacht, maar het perfect onderhouden grotkapelletje met alleraardigst kapelhofje wist mij aardig te verrassen. Dat de opgaande zon net op dat moment via de rondboogdeur met blauw geschilderd ijzeren hek scheen, zat er misschien ook wel voor iets tussen. Tegenover de kapel staat een arduinen replica van een grenssteen uit 1778, maar erg spectaculair is die niet.
En Gangulphus?
Uit mijn nieuwe wandelgids van het Milieufront Omer Wattez koos ik de route met de meest bizarre naam: de Gangulphuswandeling. Qua naam kan dit al tellen, maar het verhaal rond de heilige is anders ook niet mis. Hoewel het niet veel met de wandeling te maken heeft, op de naam van een kerkje na, vind ik het te prachtig om het niet te vertellen. Tot op de dag van vandaag staat er een Sint-Gangulphuskerk in Sint-Truiden en ook het kerkje in Paulatem werd aan de heilige gewijd.
De Bourgondische grootgrondbezitter Gangulf van Varennes, die diende aan het hof van Pepijn de Korte, werd meer dan 1200 jaar geleden naar de noordelijke Nederlanden gezonden om er de geloofsverkondigers te beschermen.
De legende vertelt hoe Gangulf op een snikhete dag met zijn soldaten door Sint-Truiden kwam. Omdat ze vergingen van de dorst, vroegen ze een boer of ze water uit zijn put mochten scheppen. Deze rook geld en vroeg een belachelijk hoog bedrag per emmer. Toen ze allemaal gedronken hadden, vroeg Gangulf of hij niet de hele put met water en al voor goed geld kon kopen. De inhalige boer stemde hier onmiddellijk mee in. Gangulf betaalde en nam de put mee. En de boer, die had geen druppel water meer.
Eenmaal terug thuis in het Bourgondische Varennes bouwde Gangulf de put weer op. Hij verdacht intussen zijn vrouw van overspel met een priester, maar zij ontkende en lachte hem uit. Daarop lieten ze het op een godsoordeel aankomen: hij stelde voor dat zij haar arm in de bron zou steken om haar onschuld te bewijzen. Nauwelijks had de vrouw haar arm in de put gestoken of ze schreeuwde het uit van de pijn. Duidelijk overspel dus! Gangulf stuurde zijn vrouw weg en verbande de priester, maar die laatste nam wraak en vermoordde zijn rivaal.
Uiteindelijk werd Gangulphus de patroonheilige van leerbewerkers, schoenmakers, kinderen en paarden en wordt hij aangeroepen tegen kniepijn, huid- en oogziekten, bij echtelijke moeilijkheden en … diarree. Toen hij ten grave gedragen werd, gebeurden namelijk allerlei wonderen en zieken werden genezen. Toen dit zijn ex-vrouw ter ore kwam, lachte ze:”Gangulf is net zo veel in staat wonderen te doen als mijn achterste om liedjes te zingen.” Meteen klonken uit het genoemde lichaamsdeel duidelijk hoorbare geluiden, al probeerde ze ze nog zo krampachtig tegen te houden. Dit merkwaardige verschijnsel herhaalde zich elke vrijdag, de dag waarop haar man de marteldood was gestorven († 11 mei 760).
Hemelrijk en weidetrapje
Via een weg die Hemelrijk noemt, kom je vervolgens langs wat vroeger armenhuisjes waren. Via trage wegen (die erg modderig kunnen zijn) wandel je langs de westkant van kasteeldomein Ten Bieze en steek je, twee keer zelfs, de Munkbosbeek over. Even lijkt de wandeling ten einde te komen op het domein van vzw De Bolster, maar het laatste stukje van de wandeling heeft nog een leuke verrassing in petto. Ik ga niet teveel verklappen, maar onthoud wel dit woord: weidetrapje.
Ik herkende veel stukjes van deze route van andere keren dat ik hier wandelde. Twee jaar geleden sprokkelde ik bijvoorbeeld zelf nog wat knooppunten bij elkaar voor Pareltjes in de Zwalmvallei. Voor de tweede week op rij wist een wandeling uit mijn recent aangekochte MOW-wandelgids mij uitermate te charmeren. Nog 11 stuks te gaan, maar de investering bewees nu al haar nut!
Praktisch
Ik kwam op mijn route geen obstakels tegen. Blijf echter steeds alert. Ik kan niet verantwoordelijk gesteld worden voor onvolledige en/of niet accurate routebeschrijvingen. Ik kan in geen geval aansprakelijk gesteld worden voor enig direct of indirect verlies of schade voortkomend of verbonden met het gebruik van deze website. Vind je mijn foto’s mooi? Fijn! Wil je foto’s van mijn blog gebruiken? Vraag dan eerst om toestemming!